"Oos Naer 58" (jaargang 15, nr. 58, december 2013)

Op de voorkant van deze uitgave nr.58 staat een foto uit 1974. Hierop staat het gemeentehuis van de gemeente Neer, bestaande uit het vroegere raadhuis en het pand, waarin thans slagerij Leon Jeurninck is gevestigd. Na de herindeling in 1991, toen Roggel en Neer werden  samengevoegd, werd het gemeentehuis in Neer opgeheven en verhuisde de gehele gemeentelijke administratie van Neer naar het nieuwe gemeentehuis in Roggel. Het oude raadhuis uit 1818 waarin nu een eetgelegenheid is gevestigd; rechts het pand, waar vanaf 1991 slagerij Jeurninck zit.

"Asj d'r èns wiltj loestere" (redactie)

In deze uitgave hebben we een paar 'gastschrijvers', die een artikel ingestuurd hebben. Twee mensen die vroeger op Gerheggen woonde: Marga van Rijt en Bert Meily. Alle twee beschrijven ze hun herinneringen aan die buurt en Bert vraagt zich af waarom er zoveel vrijgezellen op Gerheggen woonden en of dat ook in andere buurtschappen zo was. Elly Keiren en Annie Simons (beiden redactieleden) zijn de geschiedenis nagegaan van de Coöperatie. Een nieuwe schrijver heeft zich aangemeld: Jo Raemakers doet verslag van een bijzondere vondst van een bijzondere munt. Jo is van plan om meer stukjes over vondsten in Neer te gaan schrijven.Omdat de heemkundevereniging 'Oos Naer' dit jaar 15 jaar bestaat, heeft ieder huisgezin in Neer en alle leden, die buiten Neer wonen, een boekje gekregen, waarin alle deelfoto's van de H. Familie uit 1936 zijn weergegeven met twee lijsten van de personen: een op de familienaam en een op het nummer van de persoon op de deelfoto. Ook krijgt de lezer alle informatie over de 'geschiedenis van de familie'.

"100 jaar geleden (18)" (door Jos Geraets)

De artikelenserie '100 jaar geleden' is samengesteld uit beschrijvingen van gebeurtenissen die honderd jaar geleden in Neer hebben plaatsgevonden. Soms wordt door middel van de letters VNH verwezen naar een adres in het boek "Van Naer Haer". Deze aflevering is gewijd aan de vaandelwijding van de H. Familie op 13 juli 1913. De in dit artikel verwerkte gegevens zijn hoofdzakelijk ontleend aan het aantekenschrift van de secretaris van de broederschap.

Onder de titel 'Vaandelwijding van de H. Familie in 1913' wordt onder meer beschreven hoe de Neerse afdeling van de H. Familie in 1911 is opgericht.

Alle Neerse 'mannen en jongelingen boven 16 jaar' werden opgeroepen om deel te nemen aan een vergadering in de kerk. Men spoorde de aanwezigen in die vergadering 'met kracht en met klem' aan toe te treden tot een op te richten Neerse afdeling van de Aartsbroederschap van de H. Familie. Er kwamen meteen 220 aanmeldingen!

Kapelaan Kusters werd benoemd tot directeur van de H. familie, waarna in overleg met Pastoor Litjens het bestuur werd benoemd. Na bijna acht maanden was de oprichting afgewerkt. De leden werden onderricht in de oefeningen, die gehouden moesten worden. Er kwamen statuten en de lijst van aflaten van de Neerse afdling werden door de bisschop van Roermond goedgekeurd. De oprichtingsactiviteiten werden uiteindelijk geheel afgerond op 11 november 1911 tojdens de plechtige opdracht van 248 leden in de kerk. Er werd een vaandel aangeschaft. Op 18 augustus 1912 namen ongeveer 150 leden voor de eerste keer deel aan de sluiting van het eerste Maria-Congres in Nederland. Men miste een eigen vaandel. Uiteindelijk werd besloten om een vaandel te laten maken door de Firma Stolzenberg in de St. Christoffelstraat te Roermond. Het werd een prachtig vaandel. Het vaandel werd op 13 juli 1913 plechtig ingewijd in de kerk. Ook werden op 3 augustus 1913 vaandeldragers benoemd. Daartoe behoorde o.a. Johannes Andreas van Cruchten (eerste vaandeldrager), Jacobus Hubertus Luijten (Sjoe Koeab) en Michiel Niessen (Gerheggen). Beide laatst genoemden werden benoemd tot assistent-vaandeldragers.

Het vaandel werd voor de eerste keer ingezet tijdens een buitengewone vergadering, samen met de afdeling van de H. Familie van Haelen. Onder begeleiding van de fanfare 'De Eendracht' van Neer vertrok men van de kerk naar de 'Ghoorder' brug, waar de leden uit Haelen werden verwelkomd. Men trok toen naar de 'Witte' kapel waar buiten de 'gewone vergadering begon. Na afloop begaf men zich naar de kerk waar de zegen van het Allerheiligste werd gegeven. Hiernaast staat de 'Witte' Kapel (Onze Lieve Vrouwe kapel) afgebeeld in 1911. Opvallend is, dat de voorkant toen wit gekalkt was. Een aantal jaren later werd de witte kalk weer verwijderd, maar de naam 'Witte' Kapel wordt in de volksmond nog veelvuldig als zodanig genoemd.

"Uit Neerse bodem (door Jo Raemakers)

De schrijver van dit artikel heeft met zijn metaaldetector al verschillende muntjes en andere voorwerpen uit de (Neerse) bodem naar boven gehaald. Hij wil in komende uitgaves van 'Oos Naer' meer publicaties gaan verzorgen. Deze munt is in 2013 gevonden op een akker tussen Neer en Buggenum. De zilveren munt zonder jaartal komt uit het Graafschap Holland en is te Dordrecht geslagen gedurende de regeerperiode van Graaf Floris IV van het Graafschap Holland (1222-1234). Deze munt wordt ook wel 'kopje' genoemd en is 12 mm in doorsnede. Op de voorzijde zien we de beeltenis van Floris IV met z'n hoofd naar rechts; op de keerzijde zien we een kruis bestaande uit dubbellijnen met bolletjes aan de uiteinden. Floris IV werd geboren op 24 augustus 1210 en was een zoon van Willem I, graaf van Holland, en Aleid van Gelre. Hij volgde op 11-jarige leeftijd zijn vader op als graafvan Holland, omdat die in dat jaar overleed. Hij was mog te jong en kwam onder voogdij van graaf Boudewijn van Bentheim. Op 12-jarige werd hij meerderjarig. Op 14-jarige leeftijd trouwde hij in Antwerpen met Machteld van Brabant, die vermoedelijk zo'n tien jaar ouder was dan hij. Ze kregen uit dit huwelijk zes kinderen van wie opvolger Willem II de bekendste is. In dit artikel wordt nog verder ingegaan op zijn periode als Graaf van Holland. Hij overleed op 19 juli 1234 tijdens een riddertoernooi in het Noordfranse Corbie. Hij ligt begraven in de abdijkerk van Rijnsburg. Hoe komt dat muntje nu in Neer terecht? Misschien zijn Floris IV en zijn volgelingen vanuit Noord-Duitsland naar Corbie gegaan en daarbij door deze streek gekomen. Een meer logische reden is echter, dat er in de Late Middeleeuwen een grote verscheidenheid aan betaalmiddelen in omloop was. De munt had dezelfde waarde als het materiaal waarvan hij gemaakt was. Handelaren hadden dan ook veelal de meeste uiteenlopende munten bij zich.

"Neer, vroeger en nu" door Koos Luijten

Neer vroeger .....

Bovenstaande foto is genomen vanaf de Bergerstraat in de jaren '60.
Links op de foto het woonhuis van Sjang Geraets (Pietjes Sjang).
Hij handelde onder andere in veevoer, granen en kunstmest.
Vóór de kerk zien we de werktuigenloods van loonwerker Haanen liggen.
Rechts op de foto het witte huis van de familie Vaessen-Martens.

En nu.....

Bovenstaande foto is uit 2013. De laatste jaren zijn er veel bomen in de kern van het dorp geplant. Op de plaats van het woonhuis van Pietjes Sjang is nu een gedeelte zichtbaar van het appartementencomplex 'Spuitjes'. Ook de loods is verdwenen; daarvoor in de plaats is een geheel nieuw gebouw gekomen. Eerst als politiebureau; thans is het een kantoor van adviescentrum Afac. Rechts op de foto zijn twee rijen vrijstaande woningen gebouwd.

"De Coöperatie in Neer" (door Elly Keiren en Annie Simons)

De basis voor dit artikel waren oude notulen van de Coöperatie over de periode 1911 tot 1989.

De boeren brachten vroeger koren naar de bakker en kregen dan tegen een geringe prijs hun broden. De bakkers in Neer behartigden in die tijd gezamenlijk hun belangen en kwamen overeen geen koren meer te ruilen voor brood, maar een goede prijs te berekenen.

In 1911 was de Coöperatie in Neer een feit. De stal van Jean Geraets aan de Rijksweg (thans Napoleonsweg 47) werd ingericht als pakhuis en ook de wekelijkse vergaderingen vonden daar plaats.Hendrina Hubertina Geraedts-Simons werd de eerste winkelbediende en kreeg de bijnaam 'Drien vanne Winkel'. In 1927 volgde een uitbreiding en werd naar een groter winkelpand uitgekeken. Martin Boonen-De Wit bood een pand aan op de Hoogstraat. Het was de voormalige brouwerij met woonhuis, stallingen en een erf van de familie.In de loop der jaren zijn er diverse winkelhouders geweest. Na Drien Geraets volgde Handrie Beurskens (hij was ook postbode!). Twee dochters van Handrie waren winkelbediende. Piet Lemmen volgde Handrie op, die zaakvoerder bleef tot 1937.

Herman aan den Boom volgde Piet Lemmen op. Hij bleef tot 1975 de zaakvoerder. De Coöperatie was een echte dorpswinkel; men kon er voor bijna alles terecht. Men was lid van de Coöperatie door eenmalige betaling van tien gulden; dan deelde men mee in de winst. Bovendien bestond er een systeem voor de klanten voor het verzilveren van de kassabonnen. Er was ook een 'steunfonds', waarin geld werd gestort voor goede doelen; o.a. het sanatorium in Bilthoven, Dokter Poels-oord, fondsen voor priesterstudies, de parochiekerk, de burgerwacht, Groen Kruis, het jeugdwerk en andere doelen. Er kwamen ook veel klanten uit Nunhem. Daarom werd daar in 1948 een filiaal aan de Dorpsstraat 62 geopend. Als bedrijfsleidster benoemde men Maria Catharina Coumans-Sieben. Na enige opstartproblemen was men tevreden over de omzet en het ledenaantal.

(In een hoofdstukje worden herinneringen verteld door zijn zoon Piërre aan den Boom over de tijd dat zijn vader bedrijfsleider was.)

Toen de Coöperatie in Neer besloot zelfstandig te blijven, stopte de Coöp Nederland met de levering van levensmiddelen. Men ging toen in zee met HIMA uit Weert. Toen deze firma werd opgeheven, leverde de firma Hermans uit Baexem het grootste deel van de levensmiddelen.Ton Simons werd bedrijfsleider en liet de levensmiddelen via de firma Terstappen, later Unigro, komen. In 1986 ging men verder met een andere winkelformule onder de naam: CoopServiceSuper. Vergaderingen van het bestuur werden nog maar één maal per jaar gehouden. Dan werd verslag uitgebracht van de diverse activiteiten en veranderingen, zoals verbouwingen,jubilea, automatisering en speciale acties. Het bestuur bleef in functie tot 1995. In dat jaar kocht Ton Simons de winkel. Hij bouwde de zaak verder uit en de winkelformule veranderde in de loop der jaren nog verschillende keren. Zijn zoon Emile werd bedrijfsleider. In 2007 kocht Frank Kuijpers de zaak en die bestaat tot heden onder de naam SPAR.

"Mien Naer - Oos Naer" (door Bert Meily)

Bert Meily schrijft: 'Mien Naer' omvat twee perioden: pakweg 1940-1950 en de laatste 10 jaar 2000-2010.'In de eerste periode 1940-1950 waren Tienus en Miena op Gerheggen zijn 'stiefouders'. Bert verbleef die 10 jaren in Neer en ging daar ook naar de H. Hartschool (jongensschool). Hij beleefde daar een gelukkige jeugd. Gerheggen vormde eigenlijk een aparte gemeenschap binnen Neer. Bert schreef een 'beukske' over Gerheggen: de bewoners, het alledaagse leven op de boerderij, waar hij meehielp. De tweede periode 2000-2010 was er een waarin hij weer veel contact met Neer had, dankzij de mail. Vooral met Piet van Toon mailde hij veel, maar hij bezocht Neer in die jaren nog regelmatig. Bert en Piet dachten graag terug aan de tijd van vroeger.

"Herinneringen uit mijn vroege jeugd" (door Marga van Rijt)

Marga van Rijt, dochter van Sjeng van Rijt en Joke Aarts, thans wonende in Heemstede, schreef de redactie een brief n.a.v. het artikel over Bótter Graadje (zie 'Oos Naer', nr.56). Daarin haalt ze herinneringen op uit haar vroege jeugd, toen ze nog naar de lagere school ging. Ze weet nog, dat ze tussen de middag wel eens bij Graad van school uit achter op de fiets mee naar huis ging. Ze denkt nu nog heel graag terug aan die gezellige buurt, de gemeenschapszin en het rijke verenigingsleven in Neer. 

Marga van Rijt woonde aan de Napoleonsweg in de buurt van Graadje Simons. Als ze 's middags uit school kwam en bij Graadje weer op de fiets mee naar huis ging, mocht ze bij Simons thuis binnen komen. Ze kreeg dan een beker stevige romige melk te drinken en 's winters was dat warme chocomel.Ze ging vaak kijken bij de beugelbaan van Grad als er een soort competitie werd gespeeld.Wat Marga ook is bijgebleven is de gezelligheid als enkele mannen uit de buurt samen kwamen om wat met elkaar te praten in de wegberm. Marga heeft heel nog fijne herinneringen aan Neer.

"15 jaar geleden ... lang geleden?" ( deel 5) (werkgroep Krantenknipsels)

Deze keer zijn we niet zo ver teruggegaan in de geschiedenis: niet veertig jaar geleden, maar vijftien jaar terug. In het eigen weekblad van Neer "Ons Eigen Nieuws" verschenen in december 1998 artikelen over de start van de heemkundevereniging 'Oos Naer'.

"De Vrijgezellen van Gerheggen" (door Bert Meily)

Enige jaren terug heeft Bert Meily een boekje geschreven over de jaren '40 en '50. Hij werd zich er van bewust van het grote aantal vrijgezellen van beiderlei kunne. Hij gaat in dit artikel na, wie er destijds op Gerheggen woonde en niet getrouwd waren. Bert gaat de mensen op Gerheggen na en houdt daarbij dezelde volgorde aan als toendertijd.Hieronder enkele namen van de vrijgezellen van toen:

  • Dielieje Sjengske: De broers Driek en Frits
  • Tienus en Mina Spee
  • Bós Sefke, de weduwe Nieskens met drie ongehuwde dochters
  • Ziepke, de timmerman
  • Driek en Duuër Wagemans e.a.

Bert concludeert, dat er een groot aantal ongehuwden op Gerheggen woonde. HIj vraagt zich ook af of Gerheggen een uitzondering was of dat het verhoudingsgewijs eveneveel voor kwam op Kinkhoven, 't Ven, Vlaas of Kappert. Had dit alles te maken met de minimum grootte van een boerenbedrijf? Bestond er voor de man of de vrouw die wilde trouwen nog zoiets als een bruidsschat? Vormde dat een belemmering? Hoe zat de erfopvolging in elkaar? Als de laatste ouder was overleden en er waren nog jongens en meisjes thuis, kreeg dan niet de oudste zoon de boerderij? Er waren op Gerheggen in zo'n kleine gemeenschap 12 volwassenen, die al dan niet (on)vrijwillig nooit gehuwd zijn. Bert geeft zijn eigen interpretatie aan deze opvallende constatering. Hij zou dat graag eens uitgezocht willen zien.

"De bezittingen van het klooster Keizerbosch na de confiscatie door de Fransen in 1796" (deel 4.6) (door Jo Kuijpers)

Deel 4.6  Cornelia de Rath en Mathis van Roij

In het vorige artikel 4.5 hebben we kunnen lezen hoed de deling van de goederen plaatsvond na het overlijden van de echtelieden Theodorus de Raet en Magdalena Maria Zorreth. Het komt er in het kort op neer dat Cornelia de goederen binnen de grachten overneemt, een stuk grond op de Raverskamp achter in 't Henneke en nog een gedeelte van de onverdeelde boedel op Brumholt. Bij de verkoop van 1865 wordt een perceel bouwland, groot een bunder acht en vijftig roden vijftien ellen, toegewezen voor 1770 gulden aan de heer Mathis van Roij, koopman wonende te Neer. Deze Mathis (Ties) van Roij zal de volgende jaren een belangrijke rol gaan vervullen op Keijserbosch. Gedeelte uit de artikelbrief van de Jonge Schutten uit 1855 (onderste helft van het document)Mathijs (Ties) van Roij is geboren te Neer op 18 februari 1835 als achtste kind van Petrus van Roij en Henrina Houtackers. Petrus van Roij was radmaker, timmerman, spoelenmaker en landbouwer. Op 20-jarige leeftijd herschrijft hij de complete artikelbrief van het Broederschap der Jonge Schutten. In vloeiend handschrift noteert hij in het Frans zijn geboortegegevens, vermeldt dat hij tamboer is geweest van 1850 tot het jaat 1855 en tekent met "Matthieu Van Roij, tireur."