"Oos Naer 17" (jaargang 5, nr. 17, september 2003)

Woensdag 17 september j.l. is nummer 17 van ons periodiek verschenen.
Op deze pagina wordt een samenvatting gegeven van deze nieuwe uitgave.

Op de voorkant van nummer 17 staat een foto van het dorp in de zeventiger jaren.

Op de foto links het postkantoor met woonhuis van Van der Vorle, woonhuis Sanders, woonhuis en café-zaal Timmermans, woonhuis Hermans en rechts het raadhuis.

"Asj d'r èns wiltj loestere" (de redactie)

In deze uitgave vraagt de redactie om op het artikel van de Burgerwacht te reageren.
De heemkundevereniging wil een inventarisatie gaan maken van nog bestaande zaken en/of dingen die herinneren aan of in verband staan met de voormalige Neerder Burgerwacht.
We willen daartoe aan allen in Neer en eventueel daarbuiten een oproep doen om in hun bezit zijnde zaken kenbaar te maken aan de redactie van de heemkundevereniging.
We denken hierbij aan medailles, bekers, oorkonden, brieven etc. We willen enkel alles fotograferen, kopieëren en beschrijven. Herinneringen aan feiten of gebeurtenissen zijn ook welkom (graag op schrift!). Alles blijft uiteraard eigendom van de huidige bezitters. Misschien ontstaat er dan een tastbare herinnering aan de Neerder Burgerwacht.

"De Neerder Burgerwacht" (Piet Stemkens en Tjeu Hermans)

De betekenis, de oorsprong en de oprichting in 1919 van de Burgerwacht moet gezocht worden in de sociale en politieke troebelingen en de landelijke politiek van direct na de eerste wereldoorlog.
Haar opheffing in 1940 was een 'natuurlijk' gevolg van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog en de bezetting van Nederland door Nazi-Duitsland.
Zij moesten de revolutionaire acties bestrijden en de openbare of maatschappelijke orde steunen en zich verdedigen tegen gewelddadig verzet.
Er werd in de vrije tijd vaak aan schieten gedaan met scherpe patronen.
De Neerder Burgerwacht werd op 17 januari 1919 opgericht.
In dit boeiende artikel staat het reglement afgedrukt, dat aangeeft, waaraan men moest voldoen om lid van de Burgerwacht te kunnen worden.
Uit het reglement blijkt dat het ernst was; geen vrijblijvendheid en in geval van nood moest er handelend opgetreden worden.


De Neerder Burgerwacht heeft gelukkig nooit voor hete vuren gestaan; ze ontwikkelde zich meer tot een gezelligheidsvereniging.Toch werd in de beginjaren een beroep gedaan op de leden om nachtwacht te doen houden.
Schieten konden de leden als de besten, want vaak werden bij uitwisselingen (concoursen en onderlinge schietwedstrijden) de prijzen door de Neerse Burgerwachtleden binnengehaald. Er werd met schieten geoefend op een terrein "op de Cappersberg" (Waije aan het Kanaal). In 1935 werd de eerste prijs op het nationale toernooi behaald en men kwam met de "Generaal de Bock" beker naar huis.
Verder in dit artikel worden details beschreven van de Neerse gemeenteraad, die vaker zaken van de Burgerwacht moest behandelen.
Nadat de leden in verband met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog hun wapens moesten inleveren, kwam er een eind aan de Burgerwacht. Voor Neer was dat officieel op 4 september 1940.

"Wie weet: wie, wat, waar en wanneer?" (redactie)

Wie kent de namen van deze Neerse mannenbroeders en bij welke gelegenheid is deze foto gemaakt?

Reacties (graag schriftelijk) op het redactieadres.

"Neer, vroeger en nu" (redactie)

Bovenstaande foto's tonen een gezicht vanuit de Steeg (ter hoogte van Elektro Luijten) richting Napoleonsweg.

Op de linker foto staat vooraan het huis met Mansarde dak, ook wel Engelse kap genoemd, van schoenmaker Jacobus Luijten (Sjoe-Koeab).
Daarachter het woonhuis van Strous-Pietje. Eraan vast lag het huis van Sjang Jacobs en daar weer achter lag het huis van Johannes Willms (Toeane Hannes).
Als laatste huis (niet zichtbaar!) woonde Tinus Bouten.

Op de rechter foto ligt links het woonhuis van Crispien Luijten, zoon van Sjoe-Koeab; daarachter het woonhuis van Strous-Pietje, waar momenteel Jan Metsemakers woont, zoon van Wiel vanne Klomp. Eraan vast wonen de ouders van Jan (Agnes en Wiel Metsemakers).
Vervolgens het huis van Tjeu Hillen en Piet Dorssers.
In het pand daarachter het opvallend rood geschilderd gebouw, waarin de apotheek en de Rabobank zijn gevestigd.

"Zo'n eeuw geleden geboren" (Leon Teepen)

Dit artikel gaat over Anthonius Timmermans, Toon van Gieërla (1897-1958).
Toon kwam uit een gezin van zeven kinderen; hij was op een na de jongste.
Al vroeg ging hij bij bakker Loven in Roermond het vak leren.
Zijn vader, Gieërla, kocht in 1902 het pand aan de kerk, liet het slopen en bouwde op de fundering een café en concertzaal. Onder de vloer van de zaal werd een afdekbare beugelbaan aangelegd.
Toon nam het café en de zaal van zijn vader over in 1924, toen hij net getrouwd was met Petronella van Lier uit Helden.
Ze kregen drie kinderen: Gieël, Piet en Mientje. Deze laatste stierf echter al na 14 maanden.
Toon "handelde" in allerlei zaken, zoals aardappelen, bonen en nog veel meer.
Hij stond bekend als een goed toneelspeler. In het dagelijks leven kwam dit hem vaak van pas om onder meer veldwachter Mingers, trouwens zijn eerste buur!, op het verkeerde been te zetten.
Er zijn vele verhalen en anekdotes over Toon algemeen bekend. In dit artikel is een aantal er van beschreven.
Toon was al op relatief jonge leeftijd versleten en opgeleefd. In 1958 stierf hij op 61-jarige leeftijd.

"Familiegeschiedenis of: op zoek naar je familie" (deel 13) (Jos Geraets - werkgroep stamboomonderzoek)

In deze (korte) aflevering komen de Memories van successie ter sprake. Hierbij werd de nalatenschap van de overledene vastgelegd in verband met de successierechten. Ofschoon een dergelijke akte verplicht was, is niet van iedere overledene een akte opgemaakt.
Voor genealogen geven deze aktes niet alleen een inzicht van de erfgenamen van de overledene, maar ook een beeld van het vermogen, de ligging van de onroerende zaken (met vermelding van de kadastrale gegevens) en een schatting van de waarde van de goederen.
De Memories van Successie lopen van 1818 tot ongeveer 1900.
In het Rijksarchief Limburg kan men deze Memories van Successie inzien. Ze staan op microfilm.

"Naers" (11) (redactie)

In deze aflevering zijn veelal losse woorden opgenomen, nadat er voorheen steeds de woorden per onderwerp bij elkaar gezet waren. De redactie vraagt de lezers t.a.v. de schrijfwijze en uitspraak te reageren, indien men denkt dat het anders zou moeten zijn. Uitspraak van meester Timmermans uit 1935: "In Pruises zijn ze de knijp al aan 't wetten". (In Duitsland zijn ze al met de voorbereiding van de oorlog bezig.)

"Politieaangelegenheden rond 1870" (deel 2: Jos Geraets)

Met dit tweede deel wordt verder ingegaan op het "Neerse politieapparaat", bestaande uit twee personen: de burgemeester en de veldwachter.
In dit artikel worden bijzondere aangiften van diefstal beschreven. Veldwachter Franken moest maar liefst achttien keer constateren dat mensen spullen wegnamen zonder daarvoor permissie te hebben.
Zo werden zelfs graszoden en plaggen gestolen.
Opvallend is, dat de veldwachter zich veel bezig hield met controleren van zaken, die met de landbouw en veeteelt te maken hadden, zoals het vervoer van groen van het veld, veevoer, strooisel en heidegebruik om bezems te maken.
Zo moest veldwachter Franken verbalen opmaken, omdat er gestroopt werd.
Een interessant onderdeel van dit artikel gaat over de gebroeders Ronken. Zij veroorzaakten nogal wat problemen binnen de Neerse gemeenschap. Zo wordt een situatie beschreven uit 1873, waarbij de burgemeester samen met de veldwachter naar de herbergier Johannes Aquarius moesten komen. De Ronkens, drie in getal, wilden de herberg niet verlaten, waarop de burgemeester hen sommeerde dit wel te doen. Eén van hen ging naar huis, terwijl de andere twee lelijke woorden riepen tegen de burgemeester, zoals "lummel", lompe burgemeester e.d. en dat ze voor niemand bang waren. Eén van beide broers, Chris, was al vaker met het gezag in aanraking geweest.