"Oos Naer 9" (jaargang 3, nr. 9, juni 2001)

Sinds woensdag 26 september j.l. is nummer 9 van ons periodiek verschenen.
Op deze pagina zal weer een samenvatting worden weergegegeven van deze nieuwe uitgave.
Het is u misschien opgevallen, dat op de voorkant bij de vermelding van de maand van uitgave per ongeluk juni 2001 is blijven staan; dit moet natuurlijk september 2001 zijn. Maar het uitgavenummer is 9 en dat is goed. De redactie excuseert zich hiervoor.
De in duo-tone afgedrukte kaart is een gedeelte van een "Tranchot"-kaart uit het begin van de 19de eeuw; het wapen van Neer, dat de vereniging als logo heeft, komt prominent naar voren.

"Van de redactie"

Het is fijn om te weten, dat de lezers van ons periodiek kritische lezers zijn.
De redactie is blij, dat zo onjuiste gegevens worden gerectificeerd en eventuele artikelen worden aangepast. We vragen de lezers om kritisch te blijven.
Daarnaast vraagt de redactie om interessante onderwerpen eventueel voor publicatie aan te reiken.

"Het Neerse veer" (Jos Geraets)

Nu er plannen zijn om het voetveer tussen Neer en Beesel (Rijkel) weer in gebruik te gaan nemen, heeft Jos Geraets in dit artikel de geschiedenis van het Neerse veer beschreven. Tot 1861 waren er op de Maas twee oversteekmogelijkheden per boot: het Hansummer veer en het Wijnaarder veer. De geschiedenis in dit artikel begint rond 1860 en gaat tot 1974, het einde van het Neerse veer. Jos Geraets vertelt dat de families Theelen, Giesbertz, Geraets en voor veel Neerse mensen de familie Bongers al die tijd de Neerse voetveren hebben bediend. Er wordt ook beschreven, dat het wel eens voorkwam dat de veerman drenkelingen uit de Maas viste en dan voor deze heldendaad een medaille met een getuigschrift ontving.

Het veerhuis aan de Maas

Over Sjang Geraets, veerman rond 1900, redde in 1914 vier drenkelingen, maar ontving hiervoor geen medaille. Deze werd niet toegekend, omdat er bij de redding geen levensgevaar dreigde. In 1926 kreeg hij die wel, omdat hij hulp had geboden bij de grote overstroming van de Maas. Het veer werd in 1944 overgenomen door Pierre Bongers. In 1957 werd overgegaan tot de aanschaf van een motorboot.

foto links: De boot werd vastgelegd met anker en ketting
foto rechts: De eerste motorboot

In 1973 verongelukte Pierre. Zoon Jan heeft nog even het veer voortgezet, maar hij kocht al gauw een grote boot, waarmee hij tochten over de Maas organiseerde. Als eerbetoon aan zijn vader noemde hij zijn boot "De Vaerman". 

"Naers (7) (redactie)

Afbeelding hiernaast: "ein kreem"

In deze aflevering vinden we woorden terug van dieren en zaken, die daarmee samenhangen.
Van "reepstert" tot "meeldje" kunnen we in dit artikel tegenkomen.
De redactie vraagt iedereen die nog echte "Naerse weurdj" kent, deze kenbaar te maken.

"De oorlogsbelevenissen van Baer Hansen" (deel 2) (Tjeu Hermans)

In dit deel vertelt Baer over zijn broer Jan (zie foto!) die naar Brussel moest vluchten. Jan is daar gestorven.
Ook in dit artikel, waarin Baer alles over de oorlog heeft opgeschreven, vertelt hij verder hoe hij de "Moffen" vaak te slim af was. Zo nam hij drie fietsen van de Duitsers af, die bij hem thuis ingekwartierd waren en verstopte deze in het kippenhok. De moeder van Baer ontdekte de fietsen in het hok en verstopte de fietsen onder het stro.
Baer was ook vaak te vinden bij de familie Hinzen op de kermis.
Hij vertelde ook over een angstig moment in de schuilkelder op het Eiland. Duitsers hadden in de buurt luchtafweergeschut geplaatst. Hij wilde samen met Piet Wagemans uit de kelder komen, maar wisten niet hoe de situatie rondom de schuilkelder was. Eenmaal veilig bleek later dat de schuilkelder toch door de Duitsers ontdekt was.
Baer beschrijft ook hoe hij Duitse soldaten in beschonken toestand zover kreeg om het Wilhelmus mee te zingen. Toch werd hij opgepakt en met andere Neerse mannen tijdens een razzia afgevoerd naar Duitsland, waar hij kans zag te vluchten samen met Karel Wuts uit Swalmen. Dit verhaal krijgt nog een vervolg in de volgende uitgave van ons periodiek.

"Wie weet: wie, wat, waar en wanneer?" (redactie)

In de vorige uitgave is op de klassenfoto één reactie gekomen van Harie Geraets (van Pietjes) en Frans van de Bool. De redactie twijfelde niet aan hun oplossing en kende hen de prijs toe. In deze uitgave staan alle namen van de afgebeelde personen vermeld.

Wie kent beide Neerse schonen?
Kent u een van hen of beiden, laat het de redactie weten.

"Zo'n eeuw geleden geboren" (Tjeu Hermans)

Johannes Anthonius Timmermans (1897-1976)

In dit artikel geeft Tjeu Hermans een beschrijving van "Meister Timmermans". Voor veel Neerse mensen was hij een geweldig boeiende leerkracht, die als onderwijzer, maar ook als een aimable persoon in de Neerse gemeenschap zeer goed bekend stond.
Hij werd in 1916 leerkracht in Buggenum en in 1917 ging hij naar Gemert. In 1920 werd hij benoemd in Roggel. Hij studeerde nog voor de akte van landbouwkunde. Hij was bevoegd om les te geven in alle vakken en in zang. Hij speelde piano en viool.
In 1921 werd hij hoofd van het "vervolgonderwijs" te Neer, ook herhalingsonderwijs genoemd. Neer werd nu zijn vaste domicilie. Hij trouwde in 1924 en kreeg maar liefst 13 kinderen.

Meester Timmermans was in het Neerse verenigingsleven ook zeer actief. Hij richtte "De Jonge Boeren" op. Hij gaf landbouwcursussen tijdens de winterperiodes.
In 1933 werd hij voorzitter van de zangvereniging en behaalde veel muzikale successen.
In 1932 werd de Openbare Lagere School in Neer opgeheven. Meester Timmermans had gehoopt hoofd te worden van de nieuwe bijzondere school. Dit ging echter aan zijn neus voorbij, waardoor hij zo teleurgesteld was, dat hij Neer in 1939 verliet en naar Sittard verhuisde. Zijn liefde voor Neer bleef toch wel bestaan. Dat bleek uit zijn gedicht "De sjtille zandjwaeg" over de Witte Kapel.
Hij overleed op 19 januari 1976 in Sittard.

"Neerse testamenten" (deel 8) (Jos Silvrants)

In dit artikel geeft Jos Silvrants een samenvatting van het testament van Catharina Stox.
Catharina Stox, weduwe van Jacobus Reiners en van Joannes Blanckers, laat op 7 juli 1749 haar testament door Sebastianus Stiels, vice pastoor te Neer opmaken.
Ze laat een eenmalig bedrag van vijf stuivers na aan de kerk van Luik. Ze laat voor haarzelf geld na voor het lezen van missen. Ook werd geld gegeven aan de Minderbroeders in Roermond en in St. Elisabeth.
Daarnaast werd beschreven wat ze nog meerde heeft verdeeld, voornamelijk materiële dingen, zoals kleding, allerlei soorten stoffen en "coetdsen" (waarschijnlijk bedden).
Ze laat haar zoon Dionysius drie wilgenbomen na, die bij haar erf stonden.
Dit testament werd opgemaakt in de kamer van Catharina's huis op de Bergerstraat in Neer, in aanwezigheid van de getuigen Jan Spee en Rener Winckelmoelen.

"Kruisen en kapellen in Neer (9)" (Tjeu Scheepers)

In deze rubriek wordt het voormalige Sint Jozefkapel aan de Bergerstraat beschreven. Deze kapel werd in 1963 afgebroken voor de bouw van de boerderij van Baer van Lier.
Het St. Jozefbeeld (links op de foto) overleefde een granaatinslag in 1944. Het bleef onbeschadigd. Dit beeld is nu in het bezit van Baer.
Het wegkruis op het kruispunt Maasweg-Waije is geplaatst door de voorouders van de familie Sijben. Dit wordt in dit artikeltje kort beschreven.
Momenteel wordt het kruis verzorgd door Harrie Heijnen namens de buurt De Stevel.

"Bidprentje van Leo Claessen" (werkgroep bidprentjes: Piet Timmermans)

In dit artikel wordt het bidprentje van Leo Claessen beschreven. Hij verongelukte op 16-jarige leeftijd.
Leo was een zoon van Lei en An Claessen-Hermans, die toen in de Klein-Steeg, nu Heldenseweg, woonde. Hij was op 23 januari 1931 geboren.
Hij werd ter hoogte van de Kappert, terugkomend van een voetbalwedstrijd in Kessel, door een automobilist aangereden. Ten gevolge van dit ongeluk overleed hij op 18 juni 1947 in het ziekenhuis te Roermond.

"Vagebonden in Neer" (Jacques Rutten)

Jacques Rutten, geboortig uit Helden, heeft reeds in ons periodiek (nummer 4, 5, en 6) een artikelenreeks over de "oorlog" tussen Helden en Neer beschreven.
In dit artikel beschrijft hij het leven van zwervers en vagebonden in de 17e en 18e eeuw, die vaak door armoede en oorlog gingen trekken.
Ook in Neer zijn deze vagbonden geweest. Ze brachten veel bedreigingen en onrust met zich mee.
In 1753 werd er tussen het Graafschap Horn, het vorstendom Thorn, de heerlijkheid Kessenich en de heerlijkheden Wessem, Weert en Nederweert een verdrag gesloten om vagebonden te weren en eventueel te bestraffen.
Men mag ervan uitgaan dat in Neer deze vagebonden ook zijn geweest. Als ze werden gegrepen, dan waren de straffen niet mild (doodstraf door ophanging). De kosten voor berechting van deze vagebonden kwam voor rekening van alle partijen, die het verdrag ondertekend hadden. Voor Neer ontstonden problemen, toen het weigerde om te betalen. Men meende, dat het verdrag zonder hun toestemming was gesloten. De heerlijkheid Neer was verkocht of verpand aan de heer Olislagers te Maastricht. Het graafschap Horn accepteerde dit niet. De regering in Luik besliste dat Neer toch moest betalen. Het verdrag zou tot 1768 blijven gelden.