Mariakapel

De kapel kent nog verschillende benamingen uit het verleden, zoals:Onze Lieve Vrouwekapel, "Witte kapel", Kapel in 't Zand en Kapel in het Venne

Deze kapel is een driezijdig gesloten gebouw met dakruitertje boven de voorgevel. De gevelsteen met het jaar 1711 is duidelijk zichtbaar.In de nis boven de ingang staat een replica van een 400 jaar oud Mariabeeldje dat eens de kapel sierde; het origineel van dit beeldje bevindt zich in de St. Martinuskerk in Neer. De kapel heeft in de volksmond meerdere namen, zoals in de titel is aangegeven. De reden voor de bouw van de kapel in 1711 is onbekend. Tot de Franse tijd hebben er documenten over bestaan en er bestaan gegronde vermoedens dat de stichting van de kapel te maken heeft met de troebele tijden in de Spaanse Successieoorlog (1702-1715). Pastoor Stiels van Neer tekent 5 september 1805 op dat hij een aantal papieren, waaronder de stichtingsakten van de kapel van O.L. Vrouwe in 't Sant aan de kerkmeesters van Neer in bewaring heeft gegeven. Helaas zijn deze stukken spoorloos verdwenen. Misschien heeft de Neerse gemeenschap samen met de Norbertinessen van klooster Keizerbosch een gelofte gedaan om van de rampspoed van inkwartiering, plundering en brandstichting door rondtrekkende legereenheden bevrijd te worden of te blijven.

Uit archieven blijkt dat in 1710 duizenden Duitse soldaten in het dorp waren gelegerd. Dat er een relatie bestond tussen de kapel en het klooster Keizerbosch is bekend. De kapel ligt aan de oude verbindingsweg tussen Keizerbosch en de hoeve op Gendijk, een eigendom van het klooster Keizerbosch. Welicht heeft er vroeger reeds een kruis of kleine kapel gestaan. De kloosterkerk van Keizerbosch was aan Maria gewijd en pastoor Van der Wielen tekent in 1838 op dat Kapel van Onze Lieve Vrouw in het Ven schilderijen bezit die afkomstig zijn van Keizerbosch.

In 1742 werd door Christien Geenen bij haar testament een Benificie gesticht met de opbrengst waarvan "ten eeuwige dage" elke vrijdag in de kapel een H. Mis moest worden gelezen.

De Mariadevotie bloeide in Neer vooral door de oprichting van de Broederschap van de Allerheiligste Rozenkrans door Pastoor Hamonts in 1719 (of 1729), welke broederschap in 1760 ook in de kerk van Keizerbosch werd opgericht.

In latere tijd heeft men de kapel wit gekalkt, vandaar ook de naam "Witte Kapel".

Het zeshoekig torentje op de voorgevel dateert uit rond 1861.

Pastoor Litjens liet de kapel in 1928 restaureren, waarbij de kalk van de muren werd verwijderd.

Op 8 januari 1945 vonden zeven kinderen bij een mijnontploffing op het Patronaat de dood. Zij vonden onder het kruis achter de kapel een laatste rustplaats.Zij konden destijds niet op het kerkhof begraven worden, omdat de kerk en het kerkhof onder Duits granaatvuur lag.Eén kind, Harrie Snijders uit Beegden, is later in zijn geboortedorp herbegraven.

De geschilderde engelen en de Mariavereerders boven het altaar zijn van de hand van Windhausen.
Beeldhouwer-schilder Lücker uit Roermond heeft de schilderingen in de kapel gemaakt. Op de zaterdag vlak voor Maria Hemelvaart (15 augustus) wordt er sinds 1982 een openluchtmis gelezen.
Een maal in de 5 jaar trekt op de tweede zondag van september vanuit de parochiekerk een processie naar de kapel.
De jaarlijkse Sacramentsprocessie heeft bij de kapel een rustaltaar.
De kapel is dagelijks geopend van 09.30 tot 21.30 uur.